De digitale maturiteit van een organisatie is afhankelijk van een aantal belangrijke facetten, maar wordt voornamelijk bepaald aan de hand van 2 cruciale vragen:
In welke mate heeft de organisatie een visie of een concrete methode om digitale hulpmiddelen te selecteren en in te zetten om haar doelen te bereiken?
En...
In welke mate gebruikt de organisatie vandaag digitale hulpmiddelen om de bedrijfsvoering te ondersteunen?
Afhankelijk van het antwoord op deze 2 vragen, zal een organisatie eerder wel of eerder niet in staat zijn om te innoveren, haar klantervaring te verbeteren of haar interne efficiëntie te verhogen. Het is zelfs zo dat een lage digitale maturiteit bepalend kan zijn voor de toekomstige relevantie of overlevingskansen van een organisatie.
Visie & methodiek
Wanneer we de eerste vraag ontleden, ontdekken we een aantal facetten die mogelijks het antwoord op de eerste cruciale vraag beïnvloeden.
Het hebben van een visie - waarom een organisatie iets doet en weten waar ze naartoe wil - is vaak belangrijker dan de "hoe" of de manier waarop iets wordt gedaan. Veel bedrijven voeren hun dagelijkse activiteiten uit zonder daarbij stil te staan en gaan door met wat ze al langere tijd gewoon zijn om te doen.
Een duidelijke visie, gekoppeld aan concrete doelstellingen, werkt motiverend voor medewerkers. Mits goed gecommuniceerd, creëert ze leiderschap en een cultuur die openstaat voor samenwerking rond een gemeenschappelijk doel. Medewerkers die de visie begrijpen en ondersteunen, zullen sneller een open houding aannemen tegenover de veranderingen die digitale transformatie met zich meebrengt.
Naast het hebben van een duidelijke visie, is het minstens even belangrijk dat een organisatie beschikt over een concrete methode om digitale hulpmiddelen te selecteren, evalueren en implementeren. Dit wil zeggen dat het duidelijk moet zijn wanneer een digitaal initiatief wordt gelanceerd, hoe het wordt geïnitieerd en uitgevoerd, én wie er verantwoordelijk voor is.
Een goede methodiek zorgt er dus voor dat de initiatieven niet ad hoc of opportunistisch worden uitgerold, maar dat ze bijdragen tot het behalen van de vooropgestelde doelen.
In het beste geval wordt de methode ook onderdeel van het bedrijfs-DNA voor de uitrol van toekomstige projecten.
Gebruik van digitale hulpmiddelen
De tweede cruciale vraag richt zich op de mate waarin digitale hulpmiddelen vandaag al geïntegreerd zijn in de dagelijkse werking van de organisatie en hoe goed de gebruikers met de verschillende toepassingen kunnen omgaan. De vraag gaat dus niet enkel over het bezit van technologie, maar vooral over het doelgericht en efficiënt gebruik ervan.
Digitale hulpmiddelen goed inzetten en goed gebruiken, betekent dat de organisatie haar processen heeft gedocumenteerd, dat data in kaart is gebracht en dat de verschillende hulpmiddelen goed met elkaar communiceren.
Tenslotte zal een organisatie met een hoge digitale maturiteit digitale tools niet alleen gebruiken om bestaande processen te ondersteunen, maar ook om deze te optimaliseren, te automatiseren en zelfs te herdenken.
Hefboom
Wanneer visie en gebruik samenkomen, ontstaat er een krachtige hefboom voor digitale transformatie. Organisaties die zowel een duidelijke digitale strategie hebben als effectief gebruik maken van technologie, zijn beter gepositioneerd om:
- te innoveren,
- in te spelen op klantbehoeften,
- efficiënter te werken en kosten te besparen,
- aantrekkelijk te zijn en te blijven voor alle stakeholders.
Meten
Elke organisatie heeft baat bij het bepalen van haar digitale maturiteit. Gelukkig kan dit vandaag op een zeer objectieve manier: Kaemova ontwikkelde een eigen maturiteitsscan om organisaties te helpen positioneren. De scan bevraagt de 5 belangrijkste domeinen om succesvol te digitaliseren (Strategie, Technologie, Processen, Mensen & Data) en biedt een helder antwoord op de 2 cruciale vragen die bepalend zijn voor relevantie en bestendigheid van organisaties.
📊Benieuwd hoe jij scoort op digitale maturiteit?
